Ouder worden?
Herken de signalen

Ouder worden?
Herken de signalen
Vraag jij je ook wel eens af of jouw paard al onder de noemer ‘oud paard’ valt? Of je al dingen aan moet passen aan zijn leeftijd? Er zijn signalen waaraan je kunt herkennen dat jouw paard ‘oud’ wordt. Het is belangrijk om deze te herkennen, want als je hier tijdig op inspringt kun je een terugval voorkomen.
Een korte checklist
Mijn paard:

"Het ene paard is sneller oud dan het andere. De ene is met 20 jaar al echt bejaard, terwijl het andere paard nog volop bereden kan worden’ "
Harrit van der Meer, dierenarts De Paardenkamp
Hoe oud is jouw paard in mensenjaren?
Weet jij eigenlijk hoe oud je paard is als je het vergelijk met mensenjaren? Je hoort vaak het aantal mensenjaren x 4, als je paard jong is gaat dat zeker op. Maar als je paard ouder is liggen de verhoudingen net iets anders. Kijk in de tabel hoe oud jouw paard is in mensenjaren.


Wat verandert er?
Naarmate paarden ouder worden, verandert hun spijsvertering geleidelijk. Ze nemen voedingsstoffen minder goed op, en ook de goede bacteriën in de dikke darm nemen in aantal af. Daardoor kan een ouder paard minder voedingsstoffen benutten uit dezelfde hoeveelheid voer. Bovendien gaat vaak ook de tandconditie achteruit, wat het kauwen moeilijker maakt en zo de vertering nog verder beïnvloedt.
Veel oudere paarden verliezen gemakkelijk spiermassa en conditie. Hun behoefte aan goed verteerbare, hoogwaardige eiwitten neemt dan ook toe, soms bijna net zoveel als bij een jong, groeiend paard. Ook de energiebehoefte kan stijgen, omdat hun lichaam voedingsstoffen minder efficiënt gebruikt en meer energie nodig heeft om warm te blijven en in goede conditie te blijven.
De vertering van suikers en zetmeel verloopt echter minder goed bij oudere paarden. Het is daarom verstandig om deze bestanddelen te beperken en de energie vooral te halen uit licht verteerbare vetten en vezels. Dat zijn veilige energiebronnen die toch voldoende energie leveren voor hun hogere behoefte. Hoe gevoelig een paard is voor suiker en zetmeel verschilt per individu, dus het is belangrijk het rantsoen af te stemmen op de stofwisseling van jouw paard. Paarden met bijvoorbeeld PPID of insulinedysregulatie doen het vaak beter op een dieet dat (zeer) laag is in suiker en zetmeel.
Daarnaast neemt ook de stofwisselings-efficiëntie af. Afvalstoffen worden minder goed afgevoerd en de oxidatieve stress in het lichaam neemt toe. Daarom hebben oudere paarden baat bij extra antioxidanten in hun voeding, zoals vitamine E, vitamine C, selenium en natuurlijke antioxidanten zoals polyfenolen. Deze stoffen helpen de lichaamscellen te beschermen en ondersteunen het immuunsysteem.
Zowel het ruwvoer als het krachtvoer verdienen extra aandacht. Niet alleen de hoeveelheid, maar vooral ook de samenstelling moet aansluiten bij de veranderende behoeften van het oudere paard. Een passend rantsoen is maatwerk en de tandgezondheid speelt daarbij een sleutelrol. Daarover lees je verderop in deze Special meer.


